Geschiedenis Custer State Park
Oprichting
Custer State Park is een state park in de Black Hills in het zuidwesten van Zuid-Dakota. Het park is South Dakota's grootste en eerste state park en is vernoemd naar lt. kolonel George Armstrong Custer. Het park bestond in eerste instantie uit 16 secties, maar werd later samengevoegd tot één blok land. In 1919 heeft het de status State Park gekregen. In de 1920s begon het park sterk te groeien, er kwam nieuw land bij. In de jaren 30 werden vele wegen, dammen en campgrounds opgebouwd. Door deze dammen werd ook waterrecreatie mogelijk. In 1964 werd nog ca. 93 km2 toegevoegd aan het park. Het park beslaat een gebied van meer dan 287 km2 van heuvel/bergachtig terrein en is de thuisbasis van vele wilde dieren.
Geschiedenis
Wat had die luitenant kolonel Custer nu eigenlijk met het park te maken? Dat zat zo ... George had al wat dingen in het leger gedaan tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog en werd in 1873 naar South Dakota gestuurd om een of andere spoorlijn te beschermen tegen de Lakota indianen.
Op 4 augustus 1873, vlakbij de Tongue River, kwamen Custer en zijn 7th US Cavalry voor het eerst in gevecht met deze Indianen. Een vrij rustig gevecht blijkbaar, want aan elke zijde werd slechts één man gedood. 
In 1874 leidde Custer een expeditie in the Black Hills. Hier ontdekte hij goud in French Creek, vlak bij het huidige Custer. Dit maakte hij ook bekend en dit leidde vervolgens tot de Black Hills Gold Rush. Een van de steden die toen direct groot werd was Deadwood. Deze stad was berucht om haar losbandigheid.
Dat Custer die Gold Rush had ontketend in dit gebied was niet handig van hem. Het gebied van the Black Hills was op grond van een verdrag namelijk erkend als de heilige jachtgronden van de Lakota (zij noemden de Black Hills Pahá Sápa) en Cheyenne (zij noemden de Black Hills) Moʼȯhta-voʼhonáaeva) indianen. Maar deze werden, zodra die Gold Rush begon, door de Amerikaanse regering op 31 januari 1876 naar hun reservaten terug verbannen en als ze eruit kwamen, werden ze vijandig geacht. Toen het jachtseizoen in het voorjaar weer begon verlieten de twee indianenstammen, voornamelijk Sioux (Lakota) en Cheyenne, hun reservaten en verzamelden zich in Montana om onder leiding van Sioux opperhoofden Sitting Bull, Crazy Horse en Touch the Clouds verder te vechten tegen de "blanken".
Om de indianen terug te dwingen naar hun reservaten zette de US-Army drie eenheden in, 1000 man onder generaal George Crook, en de Zevende Cavalerie onder leiding van "boy-general" George Armstrong Custer, die hier een onderscheiden en veelbelovende jonge bevelhebber uit de Amerikaanse Burgeroorlog wordt genoemd.
De veldslag die volgde werd The Battle of the Little Bighorn genoemd. ook wel Custers Last Stand. Dit vond plaats nabij Crow Agency in Montana.
Op 25 juni 1876 zag Custer het indianenkampement op ongeveer 15 mijl afstand liggen. Tevens zag hij een groep van ongeveer 40 krijgers. Om te verhinderen dat deze groep het kampement zou waarschuwen verdeelde Custer zijn groep in drieën en zette, bevel van hogerhand naast zich neerleggend, de aanval in. Custer was een trotse en flamboyante man, die zich graag in de schijnwerpers bevond. Hij weigerde versterking van de aanwezige Gatling Guns en de Tweede Cavalerie: Het moest een overwinning worden voor de 7e alleen! Een aanvalsgroep moest de krijgers verhinderen het kampement te bereiken. Een tweede aanvalsgroep zou de groep krijgers aanvallen en daarna samenkomen met de derde aanvalsgroep om het kampement aan te vallen. De indianen hadden ongeveer drie keer zoveel krijgers als de aanvalsgroepen van Custer.
Door een omtrekkende beweging van zijn opponenten zag Custer dat hij omsingeld werd. Hij beval om hun paarden neer te schieten om zo een bescherming te vormen tegen kogels van de oprukkende Indianen.
Custer en zijn mannen zijn hierna gedood en verminkt.
Uit recent onderzoek (voornamelijk aan de hand van de vindplaats van de kogels) blijkt dat er meer sprake was van grote paniek en wegvluchten dan een heroïsch "last stand". De indianen waren ook tactisch de baas over de soldaten van Custer.
Custer was een van de grotere aankomende generaals van de Amerikaanse Burgeroorlog, maar de keuze om toch een krijgsmacht aan te vallen die drie keer groter was dan de zijne, wordt vandaag de dag nog steeds onderzocht. Een verklaring kan zijn dat Custer een van de meest rebellerende aanvoerders was die het leger in die dagen had.
Zo ... even een bloederig plaatje van het gevecht.
Overigens kun je de plaats waar Custer ten onder is gegaan op de Little Bighorn Battlefield nabij Crow Agency in Montana nog bezoeken. Er is een gedenksteen geplaatst.
